Toespraak Dodenherdenking 2025
4 mei 2025
Vandaag herdenken wij allen – burgers en militairen – die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord; zowel tijdens de Tweede Wereldoorlog en de koloniale oorlog in Indonesië, als in oorlogssituaties en bij vredesoperaties daarna.
Oorlog laat zichtbare en voelbare littekens na in levens, littekens die het dagelijks leven van vele generaties na de oorlog nog altijd beïnvloeden. We herdenken om te beseffen wat een offer het voor velen is geweest ons vandaag, op 4 mei 2025 in vrijheid te laten leven. Want in Nederland zijn we vrij, vrij onze mening te uiten, vrij om te zijn wie we willen zijn.
"A special welcome to Clive and Kim Pecival (from England). I greatly appreciate your presence here as a tribute to your uncle Sergeant Ronald Horwood."
In Nederland en ook in Vijfheerenlanden zijn de herdenkingen verbonden aan tradities. De vlag die halfstok hangt, de kransen die we leggen, de verhalen die we vertellen. Het maakt dat we samen komen in ons gevoel, in onze pijn. We delen verhalen, gedichten, luisteren naar de troostende klanken van muziek. Met deze tradities helpen we onszelf en elkaar niet te vergeten en elke dag alert te zijn op het zorgen voor onze vrijheid.
De lijst van brandhaarden, conflicten en oorlogen over de wereld, ver weg en dichtbij lijkt elke dag langer te worden. De wereld is onrustig. Geopolitiek speelt er veel. En nu, 80 jaar na de tweede wereldoorlog waarschuwt onze rijksoverheid ons. ‘Zorg voor een noodpakket, wees voorbereid’. Defensie wordt in paraatheid gebracht. Jongeren krijgen een brief waarin ze gevraagd wordt in een toekomst bij onze strijdkrachten in te stappen.
Waarom lijkt juist nu vrijheid verder weg dan ooit? Heeft herdenken ons dan niets geleerd? Natuurlijk wel. Want in alle verhalen gloort hoop, in alle verhalen zit een opening naar het maken van een verbinding. In alle verhalen schuilt een les. Want uit het slechtste kan het mooiste ontstaan. Bruutheid wordt verslagen door goedheid. Zo is er het verhaal van een klein meisje dat in de tweede wereldoorlog aan de hand van haar moeder een huis binnenliep waar haar moeder de haren knipte van de dame des huizes. Het meisje mocht even mee naar de tuin, een tuin die vol stond met prachtige aardbeien. En ze mocht een rode emmer helemaal vullen. Het moment is nog altijd een moment van geluk in barre tijden voor deze inmiddels hoogbejaarde dame. Het verhaal had een bruut einde, de dame en heer des huizes werden die nacht in hun eigen tuin afgeranseld tot de dood erop volgde. Maar de dame had dit kleine meisje in alle bruutheid een mooi moment van goedheid gegeven dat ze een leven lang mee draagt.
De verhalen die van generatie op generatie verteld worden en werden leren ons dat vrijheid van ons allemaal is. Dat we gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor ons leven in vrijheid. De verhalen vertellen ons dat iedereen bij kan dragen aan onze vrijheid. Zijn dat altijd grote heldendaden? Nee, een bijdrage aan de vrijheid bestaat ook uit een veelheid van kleine dingen. Dingen die misschien nietszeggend lijken, maar in het leven van de ander grote impact hebben. Hier in Hei- en Boeicop kent men het verhaal van de vliegeniers, het verhaal dat Clive en Kim Pecival (vanuit Engeland) vandaag naar hier bracht. Een tragedie die nog altijd van generatie op generatie wordt doorverteld, maar ook hier lag de vrijheid in het kleine. Verbood Duitsland het plaatsen van stenen op de graven? Inwoners eerden de graven door er bloemen te brengen en te leggen. Een klein maar veelzeggend gebaar.
En het verhaal van dierenarts Van den Brink. Dieren werden illegaal geslacht. Officieel moest een dier voor en na de slacht worden gekeurd. Anders riskeerde de boer een flinke bekeuring, of erger. Van den Brink mocht het vlees goed- of afkeuren en had hiervoor stempels bij zich. Om de boeren te helpen ‘vergat’ hij zijn tas met stempels. Zo kon de boer illegaal geslacht vlees toch van de benodigde stempels voorzien. De boer bracht de volgende dag de tas weer terug. Als wederdienst vond de dierenarts bij het terugkrijgen van zijn tas een stuk vlees, vaak spek tussen de stempels. Een welkome aanvulling voor het hongerdieet voor de minderbedeelden in Hei- en Boeicop.
Ook in deze tijd zijn er elke dag kansen die bijdrage te leveren voor een ander. Door niet weg te kijken als je onrecht aan je voorbij ziet trekken, maar door in actie te komen. Een hand uit te reiken naar de ander. Soms letterlijk, soms door te demonstreren en samen de stemmen te bundelen tot een krachtige boodschap maar vaak door er gewoon te zijn voor de ander, je in te leven in de ander, mee te voelen met de ander. Te luisteren naar de ander. Want hoe verschillend we ook lijken te zijn, hoe tegenpolen het debat vullen, hoe meningen verstarren en de samenleving dreigt te verharden: Wat we gemeen hebben is onze drang naar het leven van een leven in geluk, voorspoed, veiligheid en geborgenheid.
Wanneer we focussen op dat wat we gemeen hebben is er een hoopvolle toekomst, een toekomst waarin we de harde lessen uit het verleden en de offers die gebracht zijn eren en waarderen door samen te leven, er voor elkaar te zijn, elkaar steun te bieden en in ieder geval een poging te doen elkaar te begrijpen en niet te snel te oordelen. Zo werken we samen aan een leven samen in Vijfheerenlanden. Een gemeente waar we mogen zijn wie we willen zijn, mogen zeggen wat we willen zeggen en doen wat we willen doen.
Samen leven wij 80 jaar in vrijheid, een cadeau verkregen door bruutheid, door de intense ervaring van onvrijheid. Laten we samen 2 minuten stil zijn om hen te eren, hun daden te waarderen en van hun inzet en offer te leren.
Burgemeester Sjors Fröhlich